D53 bij Havelte (Havelterberg)

D53 is met een lengte van bijna 18 meter het op één na grootste hunebed in Nederland en vormt samen met D27 het topproduct van de Noord-Nederlandse neolithische hunebedden-bouwkunst. Hij telt 21 zijstenen, 4 sluitstenen en 9 dekstenen, die sinds een restauratie in 1991 weer alle keurig op de draagstenen rusten. Ook is er een fraaie poort, compleet met 4 zijstenen en 1 deksteen. Bijzonder is de westelijke afsluiting van de grafkamer, namelijk met 3 sluitstenen; 1 grote en 2 kleinere.

D53 is een prachtige ring van meer dan 40 kransstenen rijk geweest. Toen Van Giffen in 1918 met het onderzoek begon waren daarvan nog 24 aanwezig. Nu zijn er echter nog maar 10. Waar die 14 andere zijn gebleven is een raadsel. Wat de draag- en dekstenen betreft was het hunebed echter nog compleet. Wel waren alle dekstenen op één na van de draagstenen gegleden. Van Giffen kon er in 1918 zes herplaatsen. Ondanks veel sporen van gewroet in het verleden, trof hij in de vloerlagen een ware overvloed aan aardewerkscherven aan. Uit de uit duizenden scherven bestaande legpuzzel konden onderzoekers vele honderden (sommige onderzoekers zeggen meer dan 600) potten herleiden. De grootste vondst ooit in enig hunebed in Drenthe gedaan. Het aantal overige voorwerpen was daarentegen bescheiden: drie vuurstenen bijlen, een pijlpunt, een hamerbijl, drie kralen van git en één van barnsteen.

In 1945 leek het lot van het hunebed te zijn bezegeld. In de directe omgeving werd door de Duitse bezetter een vliegveld aangelegd. De Luftwaffe eiste afbraak van het monument omdat het als orientatiepunt voor geallieerde bombardementen zou kunnen dienen. (D54, een eindje verderop werd gecamoufleerd). De afbraak ging door maar Van Giffen wist erger te voorkomen door het met de Duitsers op een akkoordje te gooien: met een dragline werden de meer dan 50 grote en kleinere keien behoedzaam in een 6 meter diepe kuil gedeponeerd. Lang hebben ze daar niet in gelegen. Direct na de oorlog werden ze weer opgegraven en eind 1949 begon de restauratie. Dat Van Giffen dit hunebed in 1918 nauwkeurig in kaart had gebracht, bewees nu zijn waarde (zelfs nu zijn sommige nummers die hij op de stenen aanbracht nog te zien). In 1950 lag het hunebed er weer bij alsof er niets gebeurd was. Voor sommigen echter is sindsdien "de ziel" van het hunebed er uit.

Onschuldig vermaak of grafschennis ? Verbieden, tolereren, waarschuwen ? De beheerders zien het populaire beklimmen van hunebedden met lede ogen aan. Een verbod is niet te handhaven, daarom houden ze het maar bij het plaatsen van bordjes waarbij op het risico wordt gewezen.

D53 is eigenlijk één van een tweeling. Op slechts 150 meter afstand, tegen de glooiing van de Havelterberg ligt D54.

Kijk hier om te zien in welke staat Van Giffen dit hunebed in 1918 aantrof en hier voor een kaartje van de omgeving.

D52
D54